"Praktisch ingesteld talent vindt weg bij STODT"
Voor technisch talent dat zich verder wil ontwikkelen, maar zich niet helemaal thuis voelt op opleidingen die vooral theoretisch zijn ingesteld, heeft STODT een uitgebreid aanbod praktische opleidingen. Zo is Jan-Willem ten Hag, werkzaam bij Menzing in Haaksbergen, in 2016 gestart met een BBL-opleiding niveau 3.
Studieloopbaan
Jan-Willem ten Hag, werkzaam bij Menzing in Haaksbergen, heeft diverse praktijkopleidingen gevolgd bij STODT. Menzing geeft werknemers de mogelijkheid om zich verder te ontwikkelen.
De jaren daarna heeft hij zich steeds verder doorontwikkeld. Momenteel volgt hij de cursus Technische Bedrijfskunde. Tussen het volle programma van werken en leren door wist Jan-Willem zich ook nog te plaatsen voor de Worldskills van 2019.
In 2015 liep Jan-Willem voor de opleiding Werktuigbouwkunde aan het ROC Twente stage bij Menzing. “Die opleiding was voor mij te theoretisch opgezet. Ik wilde meer met mijn handen werken en leren door dingen te doen. Samen met Evert van Engelenhoven hebben we onderzocht of het anders kon, want ik had het erg naar mijn zin in de verspaning.
Werken en leren middels een BBL-opleiding bij STODT bleek toen de juiste zet”, vertelt Jan-Willem. Evert van Engelenhoven, directeur van Menzing, vult aan: “We zagen direct dat hij talent had. Dus hebben we toen een ontwikkelingstraject opgezet, waarvan het volgen van een opleiding een belangrijk onderdeel was. We werken al jaren samen met STODT en daar vonden we dan ook de geschikte BBL-opleiding die versneld doorlopen kon worden.” Binnen een jaar wist Jan-Willem de opleiding BBL 3 Allround Precisieverspaner CNC-draaien af te ronden. Alvorens te starten met de opleiding Verspaningstechnoloog niveau 4, rondde hij ook nog de cursus aangedreven gereedschappen en CNC-frezen af.
Ruimte voor ontwikkeling
In 2019 kreeg Jan-Willem, na drie keer Nederlands kampioen te zijn geweest bij Vakkanjers, de kans mee te doen met WorldSkills. Menzing gaf hem alle ruimte om zich voor te bereiden op deze competitie die vergelijkbaar is met de Olympische Spelen. Van Engelenhoven: “Precies in die periode hadden we een nieuwe CNC-draaimachine met aangedreven gereedschappen aangeschaft die Jan-Willem zou implementeren. Omdat de WorldSkills een ontzettend mooi evenement is waar jongeren zich kunnen ontwikkelen, hebben we de machineprioriteit naar achteren geschoven.
Het is ontzettend belangrijk dat het bedrijfsleven geld en tijd investeert in het stimuleren van technische jongeren.” Ook STODT stelde zich flexibel op om Jan-Willem, die op dat moment de opleiding Verspaningstechnoloog volgde, ruimte te geven zich voor te bereiden. “We hebben veel flexibiliteit ingebracht in onze opleidingen, waardoor het mogelijk is om een opleiding versneld te doorlopen of juist wat meer tijd te nemen. Meedoen met de WorldSkills is natuurlijk een kans die je niet vaak krijgt. Het is vergelijkbaar met topsport en ook als topsporter kun je niet werken, trainen én ook nog eens studeren.
Samen met Jan-Willem hebben we daarom gezocht naar een oplossing om de studie om de WorldSkills heen te plannen”, vertelt Bas Kerbusch van STODT. Jan-Willem kijkt met veel plezier terug op de WorldSkills: “Het was een mooi avontuur en heel intensief qua voorbereidingen. Niet alleen op het gebied van verspaning, maar juist ook alle omliggende voorbereidingen zoals mediatrainingen en andere bijeenkomsten waren intensief. Dan is het fijn dat je die ruimte krijgt van je werkgever en opleider.”
Volgens Jan-Willem heeft deelname aan de WorldSkills hem veel gebracht. “Als CNC-verspaner bij Menzing had ik al een hele goede basis ontwikkeld. De WorldSkills heeft dit nog verder verbeterd en daar heb ik in de praktijk veel voordeel van. Zo kan ik nu sneller schakelen, wat bij de productie van enkelstuks en kleine series goed van pas komt. Ook als er eens iets anders loopt dan verwacht, kan ik sneller reageren en met een oplossing komen. En vooral op persoonlijk vlak ben ik door de WorldSkills enorm gegroeid.”
Aansluiting op bedrijfsleven
STODT ziet de vraag naar opleidingen en cursussen vanuit het bedrijfsleven toenemen. De opleider werkt nauw samen met het bedrijfsleven en weet zodoende waar men op de werkvloer behoefte aan heeft. Volgens Kerbusch en Van Engelenhoven sluiten veel opleidingen niet aan op de praktijk. Dat heeft te maken met crebo dossiers waaraan het onderwijs moet voldoen, waardoor het heel lastig is om een optimale opleiding samen te stellen.
Ook STODT moet voldoen aan de desbetreffende crebo’s, maar houdt bij het bepalen van het onderwijsprogramma optimaal rekening met de wensen van het bedrijfsleven. “Als je moet voldoen aan een crebo die zegt dat je kennis moet bijbrengen over CAD-systemen, dan kun je dat heel breed invullen. Wij kijken naar wat er veel in het bedrijfsleven gebruikt wordt en waar studenten het meest aan hebben. Bij de opleiding Verspaningstechnoloog maken we gebruik van SolidWorks. Mocht nou blijken dat bijvoorbeeld een ander CAD-pakket meer mogelijkheden biedt, dan schakelen we snel over. Die flexibiliteit is essentieel om bij te blijven bij de behoefte van het bedrijfsleven.”
Doorstuderen
Jan-Willem volgt nu de cursus Technische Bedrijfskunde voor de maakindustrie. Ondanks dat deze opleiding meer theoretisch is, is veel kennis wel direct toe te passen in de praktijk: “Het leuke aan deze opleiding is dat het niet alleen om verspaning gaat, maar dat je ook leert over onderwerpen die je nog niet gebruikt tijdens je werk. Zo verkrijg je inzichten die je helpen in het algemene bedrijfsleven en goed van pas komen wanneer je bijvoorbeeld in gesprek gaat met een klant. Die afwisseling is erg interessant. Daarnaast worden veel opdrachten direct vertaald naar het bedrijfsleven, waardoor het tastbaar wordt. Dat is een belangrijk voordeel ten opzichte van een puur theoretische leerweg.” Momenteel onderzoekt Jan-Willem of hij na deze opleiding verder wil met een deeltijd HBO-opleiding.